Het Eerste deel van de tweede cyclus. Wat deden de Noormannen in Zuid-Italie? De slag bij Venosa. Na Sicilië maakt Zuid-Italië nu kennis met de Normandische aanvalsdrift. Nieuwe Normandische huurlingen sluiten zich aan bij de troepen van Guillaume de Hauteville, gelokt door de verhalen over hun exploten. Zij brengen het Byzantijnse leger, geleid door kapitein Dokeianos, een verpletterende nederlaag toe. Basileus Michaël IV neemt radicale maatregelen om die vijand het hoofd te bieden. Hij laat Maniakes uit de kerkers halen en zet hem aan het hoofd van zijn leger. Maniakes is een brok haat en is vastbesloten zich te wreken. De Kerk vindt het machtsvertoon van de Normandiërs maar niets, maar kan de Byzantijnse nederlagen wel waarderen. Étienne krijgt als vertrouweling van Guillaume de opdracht ervoor te zorgen dat het Normandische leger geen nieuwe bedreiging wordt voor het christelijke geloof. Tancrède trekt, op zijn beurt, opnieuw ten strijde aan de zijde van Harald, die zijn oude vriend maar een zwakkeling vindt. Er dreigt weer strijd tussen Normandiërs en Byzantijnen, listen en intriges zijn niet van de lucht…